Afgelopen week heeft de gemeenteraad de begroting 2023 vastgesteld, uiteindelijk ook met steun van het CDA. “95% van de begroting is voortzetting van verstandig beleid om te zorgen dat het in Oegstgeest goed wonen is. Zo wordt vaart gemaakt met het verbeteren van scholen en veilige, nette wegen en blijft de inzet op sociaal gebied intact: de strijd tegen eenzaamheid, preventieve zorg en hulp aan minima”, aldus fractievoorzitter Eibertjan van Blitterswijk. Hij vervolgt: “komend jaar zal ook in het teken staan van de ruimtelijke plannen voor het dorp, de ‘Omgevingsvisie’: het CDA blijft hameren op het belang van balans tussen wonen, groen en voorzieningen.”
Toch was een stem vóór deze begroting vooraf voor het CDA niet vanzelfsprekend. De CDA-fractie maakt zich grote zorgen over de enorme, onnodige OZB-verhoging, juist in deze dure tijd, die de coalitie voorstaat. Ook over de blinde bouwwoede, maakt zij zich zorgen. Het CDA wil meer betaalbare huizen voor senioren en starters, lagere en middeninkomens, maar zoekt daarbij nadrukkelijk de balans met voldoende ruimte voor voorzieningen en voldoende groen. Deze balans is volgens het CDA bij het college nog niet te vinden: “vooralsnog lijkt het devies vooral bouwen, bouwen, bouwen”, stelt Van Blitterswijk.
Tijdens de begrotingsbehandeling zijn onderdelen aangepast. De onroerende zaakbelasting (OZB) gaat met 900.000 euro minder omhoog dan voorgesteld, er wordt eindelijk geld gereserveerd om extra woningen in het middensegment te realiseren, het armoedebeleid wordt verbeterd en het grote belang van voorzieningen in het dorp is ruim onderstreept. Vanwege deze aanpassingen stemde het CDA uiteindelijk in met de begroting 2023.
Desalniettemin is het CDA slecht te spreken over het feit dat de OZB door de nieuwe coalitie van PrO, D66 en HvO überhaupt substantieel wordt verhoogd, terwijl het CDA met andere partijen omstandig heeft aangetoond dat dit in het geheel niet nodig is. Van Blitterswijk: “Ongeacht alle argumenten, de OZB moest en zou kennelijk per direct omhoog. We zijn opgelucht dat die beoogde historische stijging in ieder geval zo’n beetje gehalveerd is, maar fraai en verstandig is het allerminst.”